Ontvang de nieuwste updates
De nieuwste recepten
Geen recept missen?
Suiker
Gula pasir
Suiker is een koolhydraat. Koolhydraten zijn voor planten erg belangrijk voor hun eigen energievoorziening. De plant maakt met behulp van de zon zijn eigen glucose (druivensuiker) en fructose (vruchtensuiker). Hij heeft hiervoor water en koolzuurgas nodig. Veel groenten, vruchten, wortelen en knollen bevatten van nature suiker. Wij gebruiken deze planten om de van nature aanwezige suikers te winnen. De bekendste voorbeelden zijn de suikerbiet en het suikerriet.
Suiker is een voedingsmiddel, maar ook een genotsmiddel. Een genotsmiddel, omdat producten waarin suiker wordt gebruikt als lekker wordt ervaren. Denk daarbij aan snoepgoed, chocolade, frisdranken en banket. Het is tevens een conserveringsmiddel. Door voldoende suiker aan vruchten toe te voegen, denk aan het maken van jam, zorgt de suiker ervoor dat de vruchten niet bederven. In een oplossing met een suikergehalte van 62% of meer kunnen bacteriën niet overleven.
Als de mens suiker eet, wordt die door onze spijsvertering omgezet in koolhydraten, die op hun beurt weer voor de energie zorgen, die ons lichaam nodig heeft om te presteren. Het probleem is echter, dat als je teveel suiker neemt het te veel wordt opgeslagen als vet. Dat op zijn beurt de oorzaak is van overgewicht, wat weer kan resulteren in een hogere kans op welvaartsziekten als kanker, diabetes, hart- en vaatziekten en zelfs depressies. Ook het gebit kan door het te veel eten/drinken van suikerhoudende producten aangetast worden. De suikers vormen een prima voedingsbodem voor bacteriën, die op hun beurt een zuur produceren, die het tandglazuur aantast en voor cariës zorgt.
Suiker werd vroeger alleen gebruikt door de rijken, want het was te duur voor de gewone arbeider. Sinds het uitvinden van de suikerraffinage was het mogelijk om suiker in grote massa's te fabriceren. De prijs ging omlaag en iedereen kon en kan zich suiker veroorloven. Misschien wordt suiker wel te veel toegepast, waardoor van welvaartsziekten gesproken worden, zoals diabetes en overgewicht op jonge leeftijd. De suikerconsumptie is wereldwijd enorm toegenomen. Om voldoende grondstoffen te kunnen aanvoeren worden in de tropen grote suikerrietplantages aangelegd en in de gematigde streken worden enorme akkers met suikerbieten aangeplant.
Van de wereldwijde suikerproductie is ongeveer 80% rietsuiker en de rest voornamelijk gemaakt van suikerbieten. Brazilië, India, Thailand en China zijn de grootste producenten met een gezamenlijk aandeel van iets meer dan 50% van de globale suikerproductie. De Braziliaanse suikerexport wordt sterk beïnvloed door de prijs van de suiker maar ook van ethanol. Rietsuiker is een zeer goede grondstof voor de productie van ethanol. Ethanol wordt in Brazilië, maar ook daarbuiten, toegevoegd aan motorbrandstoffen. In Brazilië rijden ook veel auto's die bijna uitsluitend ethanol als brandstof gebruiken. Zo is er een relatie ontstaan tussen de prijs van olie en die van suiker. Stijgt de olieprijs, dan zal er meer suiker gebruikt worden voor de productie van ethanol. Suiker wordt schaarser, dus zal de prijs stijgen.
- Basterdsuiker
- Bruine suiker
- geleisuiker
- marmelade en vruchtensauzen
- Invertsuiker
- Kandij
- Kristalsuiker
- Palmsuiker
- Poedersuiker of bloemsuiker
In 1747 ontdekte de Duitse scheikundige Andreas Sigismund Marggraf dat in bieten dezelfde suiker zit als in suikerriet. Maar hij slaagde er niet in deze suiker op rendabele manier te winnen. Zijn leerling Franz Carl Achard begon met het kweken van bieten met een zo hoog mogelijk suikergehalte en het lukte hem wel om succesvol de suiker te winnen. In 1805 werd de eerste bietsuikerfabriek gebouwd in Duitsland.
De productie van bietsuiker en rietsuiker gaat op de zelfde manier: de bieten, maar ook het riet worden in kleine stukken verdeeld, die in een grote ketel worden gekookt. De suiker bevindt zich in de harde cellen van de plant. Door de delen te koken lost de suiker op en de harde vezels blijven achter. We hebben nu een soort suikerstroop en een vezelpap. De vezels worden gedroogd en tot brokken geperst, die dan als veevoer worden verkocht.
De dikke bouillon wordt ruwsap genoemd, dat nu eerst gezuiverd moet worden. Ruwsap bevat naast suiker ook andere oplosbare stoffen zoals zouten, eiwitten en kleurstoffen uit de plant. Om deze stoffen te verwijderen worden ongebluste kalk en koolzuurgas toegevoegd. Wanneer deze oplossing wordt gefilterd, blijft de kalk met de zouten en eiwitten achter op het filter en resteert een helder, dun sap. Dit zogenaamde carbonatatieproces – genoemd naar het gebruik van koolzuur – wordt nog eens herhaald om een extra heldere oplossing te krijgen. Deze kristalheldere vloeistof heet nu dunsap.
De neergeslagen zouten en eiwitten worden gebruikt als meststof voor de landbouw. Het dunsap is eigenlijk gewoon suikerwater. Het bevat ongeveer 15% suiker. Door het water te laten verdampen, wordt de vloeistof steeds dikker en zoeter. Uiteindelijk wordt een ingedikt sap verkregen dat voor 65% uit suiker bestaat, diksap genoemd. Via een filter wordt het naar de kookpannen gezogen. In deze kookpannen verdampt nog meer water en raakt de suikeroplossing zo verzadigd dat zich een kristalachtige brij vormt. De kristalrijke brij valt vervolgens in een koeltrog waar de kristallen aan elkaar klonteren tot een soort zoete edelstenen. In centrifuges worden de kristallen gescheiden in suiker en stroop. De donkere stroop wordt van de kristalsuiker afgeslingerd. De zuivere witte kristallen blijven over. De suiker gaat via een droger en een koeler naar de verpakkingsafdeling of het wordt opgeslagen in silo's. De overgebleven stroop ondergaat nog een keer dezelfde behandeling als eerst het diksap. Wanneer daaraan de laatste suiker is onttrokken, blijft er een stroop over die melasse wordt genoemd. Melasse wordt onder andere gebruikt voor het bereiden van alcohol en bij de productie van veevoeder.
Suiker op zich is natuurlijk erg zoet. Het wordt gebruikt om etenswaren en dranken te zoeten. De laatste jaren is men er van overtuigd, dat een te grote suikerconsumptie een negatief effect heeft op de gezondheid. De mensen krijgen, ook ongemerkt zoveel suiker binnen, dat het problemen gaat opleveren, zoals concentratieverlies, lusteloosheid en verhoging van de bloeddruk.
Bovendien werkt suiker verslavend. Vooral kinderen hebben de behoefte om steeds meer suiker te moeten eten. Zo wordt er aan frisdranken enorme hoeveelheden suiker toegevoegd. Zo bevatten frisdranken als cola en sinas 120 gram suiker per liter. Dat staat gelijk met 40 suikerklontjes.
8.000 v. Chr.: uit die tijd stammen de eerste vondsten van suikerriet in Polynesië.
6.000 v. Chr.: het suikerriet verspreidt zich via Oost-Azië over India en Perzië.
Suiker werd door de Romeinen als luxe gezien en werd alleen door rijke patriciërs gebruikt. Zij voerden de suiker uit Perzië in. De gewone burger zoette zijn eten met vruchten en honing.
1100 n. Chr.: met de kruistochten werd de suiker meegebracht naar Europa. Omdat het erg duur was werd suiker als luxe-artikel beschouwd.
Vanaf 1500 werd rietsuiker ingevoerd uit de tropen. Vanaf de 18e eeuw werd suiker ook uit de suikerbiet gewonnen.
Suikerbieten worden vooral geteeld in de gematigde klimaatzone. De grootste productie vindt plaats op het noordelijk halfrond, waarbij Frankrijk, Duitsland, Verenigde Staten en Rusland de grootste suikerbietenproducenten zijn (in 2007) met een productie van 27 miljoen ton. De Europese Unie is de derde grootste suikerproducent, na Brazilië en India, die vooral suikerriet telen. Het zaaien gebeurt in de lente terwijl de bieten in de herfst geoogst kunnen worden.
Suikerriet groeit in tropische en subtropische gebieden. Hij verlangt een temperatuur tussen 25 en 30 graden. Daalt de temperatuur onder de 15 graden, dan zal de plant stoppen met de groei. Het is een rietsoort, dus daarom verlangt hij veel water, wat niet mag blijven staan. Daarom is het beter om suikerriet op heuvelachtig terrein te planten.
De meest gangbare soorten suiker zijn in de supermarkt te koop. Zoek je speciale suikersoorten, dan moet je naar de natuur- of reformzaken. Ook in de oosterse toko's wordt suiker verkocht.
De landen die het meeste suiker consumeren zijn India, met ongeveer een aandeel van 16% in de wereldwijde consumptie, gevolgd door de Europese Unie met 12%, China met een aandeel van 9%, Brazilië (8%) en de Verenigde Staten (6%). De suikerconsumptie per hoofd verschilt sterk per land, in 2011 consumeerde de gemiddelde Chinees iets meer dan 11 kilogram suiker per jaar; in Brazilië lag dit op 59,5 kilogram.